Om de flow manager aan te passen, reikt u in de inspectieschacht en gebruikt u de spindel op de flow manager om de spoelkracht te regelen. Hiervoor hoeven geen onderdelen te worden verwijderd en opnieuw geïnstalleerd.
Voor het wijzigen van de spoelkracht moet u de spindel van de bodemklep AV1 verstellen.
Volgende: Ontdek alle kenmerken die van de Rapid SLX uw toekomstbestendige installatiesysteem maken